Het boek, de filmpjes en de theaterproductie geworteld in Westland inspireren. Ik kondigde al aan dat het beeld (link) uitnodigt om er meerdere blogs over te schrijven.
Allereerst merk ik op dat het beeld van geworteld in Westland niet in alle opzichten representatief is. Misschien wel voor de familiebedrijven die overleefden, die er nu nog zijn. Maar ondertussen is de overgrote meerderheid van de ondernemers van toen wel afgehaakt. Van al die melkboeren van toen, is vrijwel iedereen gestopt. Slechts enkelen van de meer dan 50 slagers die in het Westlandse opereerden, ondernemen nog steeds. Evenzo geldt dat voor de bakkers, de tuinders en bijvoorbeeld de transporteurs. In zekere zin geldt hetzelfde ook voor de gemeenschappen, de kernen.
Alvorens in te gaan op Westlandse ontwikkelingen en wortels maak ik eerst een zijsprong. In dit blog een paar lijnen uit het bekende boek van Geert Mak: “Hoe God verdween uit Jorwerd” uit 1996. Het gaat over een soortgelijke periode (2e helft twintigste eeuw) in een Fries dorpje onder de rook van Leeuwarden en de veranderende tijdsgeest.
Jorwerd kende in de jaren vijftig twee slagers, vier kruideniers, twee bakkers, vier schippers en vrachtrijders, vier brandstof handelaren, twee cafe’s en een schilder, groenteman, schoenmaker, fietsenzaak, twee manufacturen zaken, en een smid en dat voor minder dan 500 zielen.
De voorzieningen verdwijnen: Mak schrijft over de brigadiers, die destijds in het dorp ieder vreemd kenteken noteerden, waar nu agenten eens in de twee weken even door de kern rijden. Over het boerenleven met de menselijke maat, de invloed van de (Europese) regelgeving en het totaal andere karakter van het boerenbedrijf van nu.
Waar iedereen elkaar kent, elkaar ontmoet in het cafe, en ook de houding ten opzichte van niet-Jorwerters, tot de tijd van nu waarin overleven betekent dat je een grotere schaal nodig hebt.
Om te overleven als ondernemer, maar ook als dorpskern in de veranderende tijd, heb je massa nodig om de brug over te komen. Die hefbrug wordt steeds steiler. Kom je over de top heen dan gaat het soepel, ontwikkel je bijna vanzelf snelheid en groei. Maar ben je te klein, dan blijft het tobben. Dan is iedere verandering een bedreiging. Of dat nu een koeltank is voor de melk, een WKK, een boring naar aardwarmte of de complexe regelgeving voor de WMO. In de tijd ligt de lat steeds hoger en in de toekomst dus nog meer.
Destijds was ik voorstander van een gemeente Westland. Juist omdat de moderne gemeente met steeds meer regelgeving te maken heeft. Kleintjes redden het niet meer en moeten gaan samenwerken in groter verband. Er is innovatief vermogen nodig om voorop te lopen, om met de tijdgeest mee te gaan in plaats van er tegen in. Vermogen om te zien wat er nodig is voor de dag van morgen en niet te blijven hangen in de waan van vandaag of gisteren. In een volgend blog meer.